Genoeg is genoeg; directeur van CPT vertelt waarom zij de Black Lives Matter protesten bijwoont

Muriel Schmid administratief directeur

Op 25 mei 2020 werd de 46-jarige George Floyd gedood door een politieagent. Terwijl één agent op zijn nek knielde, hielden twee andere hem vast en keek een derde agent toe. Helaas is Floyds dood geen uitzondering. In de Verenigde Staten doodt de politie al sinds de tijd van de slavernij straffeloos zwarte mensen. Als reactie op Floyds dood hebben mensen over de hele wereld zich aangesloten bij demonstraties die oproepen tot het beëindigen van het politiegeweld en eensgezind verklaren dat Black Lives Matter. Muriel Schmid, administratief directeur van CPT, heeft de demonstraties in Louisville in Kentucky bijgewoond. Hieronder staat een interview met haar.

Als administratief directeur van CPT heeft u de protesten in Louisville, Kentucky, bijgewoond. Waarom hebt u ervoor gekozen om naar deze protesten te gaan?

Ik ben er van overtuigd dat dit deel uitmaakt van onze inzet voor vrede en gerechtigheid en de ontmanteling van onderdrukkingsstructuren. Een aantal van ons heeft zich op verschillende locaties samen met lokale burgerbewegingen aangesloten bij de protesten. Dit is wat wij doen! Overal ter wereld zijn we solidair met mensen die zich verzetten tegen onderdrukkende structuren. Van de straten van Colombia, Palestina en Iraaks Koerdistan, tot onze solidariteit met de Wet’suwet’en dit jaar – op al deze plaatsen doen CPT’ers mee aan de protesten met de boodschap: Genoeg is genoeg, er moet een einde komen aan racisme en onderdrukking.

Wat hebt u gezien bij deze protesten?

Tot nu toe heb ik alleen vreedzame protesten gezien, hoewel ik weet dat er een paar gewelddadige confrontaties zijn geweest tussen demonstranten en de politie. De protesten hebben een speciale weerklank hier in Louisville. Op 13 maart werd Breonna Taylor door politiekogels gedood tijdens een no-knock (niet aankloppen) inval in het appartement van haar vriend.

Het stadsbestuur zette na enkele plunderingen in de stad de federale politie en de Nationale Garde in; het was verbijsterend om zoveel bewapende wetshandhavers te zien met hun wapens in de aanslag. Er vonden botsingen plaats met de aanwezige Nationale Garde, maar toen de autoriteiten de politiemacht terugtrokken en de Nationale Garde vertrok, werd het rustig. Het risico op escalatie is tien keer hoger als er wetshandhaving aanwezig is. Dat doet me nadenken over de inzet van CPT, over ons begrip van geweldloosheid en over de manier waarop we al meer dan dertig jaar geweldloze tactieken toepassen. Ik ben blij om te weten dat er CPT’ers aanwezig zijn bij de protesten.

Soms zag ik wat spanning tussen mensen van kleur en witte demonstranten. Het is lastig voor witte mensen om de controle los te laten en solidair te zijn – om achteraan te staan of te handelen wanneer dat nodig is – om actief bondgenootschap te tonen. Of wanneer witte mensen de aandacht op zichzelf vestigen door middel van berichten op sociale media, in plaats van de microfoon over te dragen in een performatief bondgenootschap. Het is een onschatbare kans voor CPT’ers om na te denken over bondgenootschap en hoe het er in het echte leven uitziet. Het doet me denken aan onze reis van ‘in de weg staan’ naar ‘het opbouwen van partnerschappen om geweld en onderdrukking te transformeren’. Hoe ziet partnerschap er in deze context uit? Een artikel in Sojourners benoemt privileges als schuld. De uitdaging ligt voor witte mensen in hoe ze besluiten om hun schuld terug te betalen of aan te pakken.

Waarom is het essentieel om CPT bij deze protesten te betrekken?

Om te getuigen! Verschillende mensen buiten de VS hebben me gevraagd hoe gewelddadig en gevaarlijk de protesten waren. Het enige wat zij zien, zijn gewelddadige confrontaties. In mijn ervaring is het vaak zo dat buitenlandse media graag de negatieve sensatiezucht van de VS laten zien en slechts zelden de positieve kanten tonen. We moeten praten over vreedzame protesten, partnerschappen en bondgenootschap, en de stem van de zwarte gemeenschap zo goed mogelijk versterken, hier en buiten onze grenzen.

Ziet u als administratief directeur van een internationale vredesorganisatie raakvlakken tussen wat er in de VS gebeurt en in de landen waar CPT zijn programma’s heeft?

Ja. Bewegingen van geweldloos burgerlijk verzet hebben wereldwijd veel met elkaar gemeen en leren zelfs van elkaar. De huidige organisatoren hier in de VS hebben geleerd van organisatoren in Hongkong en andere plaatsen. Systemisch racisme en structuren van onderdrukking lijken op elkaar, en de mate van militarisering in onze zogenaamde democratieën is van land tot land zeer vergelijkbaar. We denken vaak aan de extremen, zoals de militaire bezetting van Palestina of de aanwezigheid van gewapende groepen in Colombia en Iraaks Koerdistan, maar we vergeten dat de VS sterk gemilitariseerd is. Pas als mensen de straat op gaan, zien we het. Als je echter door de grenszone met Mexico reist, is de militarisering van het Amerikaanse grondgebied op ieder moment ontegenzeggelijk zichtbaar.

Wat is uw boodschap voor de achterban van de CPT in de Verenigde Staten?

Ik denk vooral aan de witte mensen. Hoe besteden we voortdurend aandacht aan onze privileges en zijn we ons bewust van de invloed die deze op ons activisme hebben? Hoe bouwen we witte verantwoording in onze kringen op? Welke privileges hebben we in de huidige context? We leven in een unieke tijd en we moeten deze gelegenheid aangrijpen om dit gesprek aan te gaan en onszelf uit te dagen.

Vorige
Vorige

Solidariteitsverklaring met Black Lives Matter

Volgende
Volgende

Lesbos - Necropolitieke grenzen: Wie mag blijven leven?